WhatsApp ons

Actueel

Verweer tegen het opleggen van een crisismaatregel | Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) 

De crisismaatregel is een spoedmaatregel. Hiermee wordt verplichte zorg opgelegd aan iemand die een gevaar voor zichzelf of anderen vormt. De crisismaatregel wordt opgelegd door de burgemeester. In dit artikel leest u over de mogelijkheid van verweren tegen de opgelegde maatregel.

Criteria opleggen crisismaatregel

Een crisismaatregel is een spoedprocedure. Hierdoor krijgt een persoon die zich in een acute crisissituatie bevindt, verplichte zorg opgelegd. Omdat sprake is van onmiddellijk dreigend en ernstig nadeel, is er geen tijd voor het aanvragen van een zorgmachtiging. Een crisismaatregel kan niet zomaar worden opgelegd, er gelden een aantal criteria:

  • Er is sprake van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de persoon zelf of zijn omgeving. Het is niet nodig dat er iets ernstigs heeft plaatsgevonden. Wel moet de kans op ernstig nadeel acuut en reëel zijn.
  • Daarnaast moet er sprake zijn van een ernstig vermoeden dat het gedrag dat leidt tot ernstig nadeel wordt veroorzaakt door een psychische stoornis. Dit moet worden vastgesteld door een psychiater.
  • De patiënt verzet zich tegen noodzakelijke zorg.
  • Er zijn geen andere of minder ingrijpende maatregelen mogelijk waarmee hetzelfde doel wordt bereikt.
  • Er is geen tijd om de procedure voor een zorgmachtiging te volgen, omdat het ernstig nadeel onmiddellijk dreigend is.
  • Verder moet de verplichte zorg effectief zijn en veilig toegepast kunnen worden.

Een advocaat behartigt uw belangen. Als u nog geen advocaat heeft dan krijgt u direct na het opleggen van de crisismaatregel een advocaat toegewezen. De advocaat is goed op de hoogte van uw rechten en zorgt ervoor dat uw belangen behartigd worden.

Verlenging

De crisismaatregel duurt maximaal drie werkdagen. Deze kan daarna door de rechter worden verlengd. In dat geval wordt u eerst door de rechter gehoord. Ook uw vertegenwoordiger en uw advocaat worden hiertoe in de gelegenheid gesteld.

De rechter kan besluiten dat er niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden voor een crisismaatregel. De verplichte zorg wordt dan gestopt. Als de rechter besluit dat de crisismaatregel voortzetten wel noodzakelijk is, dan kan hij deze voor maximaal drie weken voorlengen.

Verweren tegen de crisismaatregel

Het opleggen van een crisismaatregel is ingrijpend voor de cliënt. Er zijn mogelijkheden om je te verweren tegen deze maatregel, bijvoorbeeld door in beroep bij de rechter aan te tonen dat de verplichte zorg niet aan de gestelde criteria voldoet. Of dat er niet voldaan werd aan de vereisten voor het afgeven van een crisismaatregel zoals een ernstig vermoeden van een psychiatrische stoornis.

Belangrijk om te weten is dat het beroep bij de rechter de uitvoering van de crisismaatregel niet stopt in de tussentijd. Tijdens het beroep loopt de verplichte zorg dus door. De rechter doet binnen vier weken na het indienen van de crisismaatregel uitspraak. Als blijkt dat de crisismaatregel ten onrechte is afgegeven, heeft u mogelijk recht op een schadevergoeding.

Heeft u vragen over het verweer tegen het opleggen van een crisismaatregel of heeft u behoefte aan juridische bijstand? Neem contact met op Advocatenkantoor Vos via +31626060690 of vos@advocatenkantoorvos.nl.

 

 

 

Klaagschrift indienen met verzoek om vernietiging van gegevens

Als u niet wilt dat gegevens van u worden bewaard vanwege inbeslagname, dan kunt u verzoeken om de vernietiging van gegevens. Hiervoor dient u een klaagschrift in bij de sector strafrecht van de rechtbank. In dit artikel leest u hoe de beklagprocedure werkt en waar u op moet letten bij het indienen van het klaagschrift.

Inbeslagname goederen

In een eerder artikel gaven wij aan dat de politie bevoegd is om eigendommen in beslag te nemen als er een geldige reden voor is. Redenen hiervoor zijn waarheidsvinding, een verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer of als er een verdenking op winsten uit strafbare feiten is.

Naast het in beslag nemen van goederen, zoals een auto of het tegoed op een bankrekening, kunnen er ook gegevens worden opgeslagen. Voor de waarheidsvinding mogen onder andere de gegevens die op computers opgeslagen zijn worden gebruikt (HR 29 maart 1994, ECLI:NL:HR:1994:AD2076). Daarnaast worden er gegevens vastgelegd tijdens een doorzoeking en worden er soms gegevens op vordering verstrekt.

Verzoek om vernietiging van gegevens

Als u het niet eens bent met het bewaren van (bepaalde) gegevens, dan kunt u schriftelijk een klaagschrift indienen bij de sector strafrecht van de rechtbank waarbinnen de inbeslagneming is geschied. Dit moet u tijdig doen! Er is een uiterste termijn van drie maanden nadat de vervolging van de zaak tot een einde is gekomen waarbinnen uw klaagschrift moet zijn ingediend. Als u te laat bent met het indienen van het verzoek, wordt het klaagschrift niet-ontvankelijk verklaard.

Geef in het klaagschrift ook aan om welke gegevens het gaat en wat uw reden is om te verzoeken om vernietiging.

Belanghebbende

U kunt een klaagschrift indienen als u een belanghebbende bent. Bij gegevens die op vordering zijn verstrekt zijn de belanghebbenden onder meer de verdachte, de verantwoordelijke voor de gegevens en degene op wie de gegevens betrekking hebben. Soms vallen de gegevens onder het verschoningsrecht. Dan is ook de verschoningsgerechtigde als belanghebbende aan te merken.

Welke gegevens

In het klaagschrift geeft u aan welke gegevens moeten worden vernietigd. Enkel aangeven dat het moet gaan om gegevens die van geen betekenis zijn voor het onderzoek is over het algemeen onvoldoende. In art. 125n Sv is vastgelegd dat gegevens die tijdens een doorzoeking zijn vastgelegd worden vernietigd zodra blijkt dat deze van geen betekenis zijn voor het onderzoek. Als het strafrechtelijk onderzoek voortduurt en het gaat om grote omvang en ingewikkeldheid van dit onderzoek, is nog niet is aan te geven welke gegevens van geen betekenis zijn voor het onderzoek.

Vernietiging van gegevens

Er wordt discussie gevoerd over de wijze van vernietiging van digitale gegevens. In het ‘Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken’ wordt aangegeven dat vernietiging ook kan gaan over het “op zodanige wijze bewerken van een voorwerp dat de gegevens die daaraan voor de bewerking konden worden ontleend, niet meer kenbaar zijn.” Hierdoor is ook het zogenaamde ‘uitgrijzen’ toegestaan volgens de Hoge Raad als vaststaat dat de gegevens daarna “niet meer kenbaar zijn”. Daarnaast gaf de Hoge Raad in 2024 aan dat het van belang is dat wordt geregistreerd welke handelingen binnen het systeem hebben plaatsgevonden om de gegevens te vernietigen.

Als uw gegevens worden bewaard vanwege een strafrechtelijk onderzoek kunt u om vernietiging van deze gegevens verzoeken middels een klaagschrift. Hierbij is het van belang dat u dit tijdig doet en dat u inhoudelijke gronden aanvoert. Heeft u vragen over de beklagprocedure of heeft u behoefte aan juridische bijstand? Neem contact met op Advocatenkantoor Vos via +31626060690 of vos@advocatenkantoorvos.nl.

 

 

 

Bezwaar maken tegen het omzetten van taakstraf naar detentie

Het Openbaar Ministerie kan een taakstraf omzetten naar detentie als de taakstraf niet of niet volledig is uitgevoerd. Hiervan wordt u op de hoogte gesteld via de zogenaamde ‘kennisgeving omzetting’ brief. In dit artikel leest u over de mogelijkheden om bezwaar te maken als de officier van justitie heeft besloten om de taakstraf om te zetten naar detentie.

Als een rechter u veroordeeld heeft om een taakstraf te verrichten, dan is een van de voorwaarden dat u deze straf tijdig en naar behoren moet uitvoeren. De reclassering draagt zorg voor de uitvoering  van deze straf. Zij bepaalt samen met u wat u voor soort werk u gaat doen en wanneer.

Vervangende hechtenis

Bij het opleggen van de taakstraf legt de rechter meestal ook een vervangende hechtenis op. Als de taakstraf niet goed of tijdig wordt uitgevoerd, kan deze worden omgezet naar detentie. De duur van de hechtenis hangt af van het aantal uur dat de taakstraf niet is uitgevoerd. Iedere 2 uur aan taakstraf staat gelijk aan 1 dag gevangenisstraf. Als u al een aantal uur taakstraf heeft uitgevoerd, dan worden deze uren afgetrokken van het aantal uren taakstraf dat is opgelegd. De resterende uren taakstraf worden omgezet naar detentie.

Bezwaar maken tegen het omzetten van taakstraf naar detentie

Als de reclassering geen contact met u krijgt over de taakstraf, wordt het Openbaar Ministerie geïnformeerd. Dat gebeurt ook als u wel begint aan uw taakstraf, maar u zich niet aan de afspraken houdt. Het Openbaar Ministerie kan besluiten om de taakstraf om te zetten naar vervangende hechtenis.

Als u een ‘kennisgeving omzetting’ brief ontvangt, waarin wordt aangegeven dat uw taakstraf wordt omgezet naar detentie, kunt u bezwaar maken. Dit betekent dat u aangeeft dat u het niet eens bent met deze omzetting. Hier heeft u twee weken de tijd voor.

Belangrijk om te weten is dat de politie u op ieder moment kan aanhouden. Ook als u bezwaar heeft gemaakt tegen de beslissing! Neem daarom direct contact op met een advocaat als u de ‘kennisgeving omzetting’ brief heeft ontvangen.

Opschorting van uitvoering hechtenis

Een advocaat kan namens u bezwaar indienen en daarnaast om opschorting van de uitvoering van de hechtenis vragen bij het CJIB. Als deze opschorting van de uitvoering wordt verleend, kan u niet worden aangehouden totdat de rechter een beslissing heeft genomen over het bezwaarschrift.

Soms duurt het een tijd totdat een rechter het bezwaarschrift behandelt. Zonder de opschorting van de uitvoering kan het gebeuren dat u in de gevangenis zit voordat uw bezwaar behandeld is.

Beslissing rechter over omzetten van taakstraf naar detentie

Als u tijdig een bezwaarschrift heeft ingediend tegen de beslissing om de taakstraf om te zetten naar detentie, oordeelt de rechter over de omzetting van de taakstraf. Als u een goede reden heeft waarom er geen contact was met de reclassering, of waarom u de afspraken niet nakwam, kan de rechter besluiten om u nog een kans geven. Als er geen goede reden is dan kan de rechter besluiten dat de beslissing om de taakstraf naar detentie om te zetten in stand blijft.

Heeft u vragen over de mogelijkheden om bezwaar te maken tegen de omzetting van de taakstraf naar detentie? Een advocaat kan uw belangen behartigen! Neem contact met op Advocatenkantoor Vos via +31626060690 of vos@advocatenkantoorvos.nl.

Opvoedingsbesluit in het kader van de uithuisplaatsing, wat zijn de juridische mogelijkheden? (Perspectiefbesluit)

Een kind kan in het kader van een ondertoezichtstelling door de kinderrechter uit huis worden geplaatst. In sommige situaties is het niet in het belang van het kind om weer thuis te gaan wonen. Dan kan de gecertificeerde instelling  (GI) een opvoedingsbesluit in het kader van de uithuisplaatsing nemen, dit wordt meestal het perspectiefbesluit genoemd. Voor het nemen van dit besluit laat jeugdbescherming zich adviseren door een beoordelingsniveau af te nemen. In dit artikel leest u over de als er een perspectiefbesluit wordt genomen.

Perspectiefbesluit

Wanneer sprake is van een vrijwillige plaatsing hebben de ouders het gezag en kunnen zij de beslissing nemen. Dat is anders wanneer er sprake is van een gedwongen plaatsing. Vanwege de belangen van het kind is het belangrijk dat het perspectiefbesluit een zorgvuldig afgewogen besluit is. De pleegzorgbegeleider adviseert de jeugdbeschermer over de besluitvorming met betrekking tot het opvoedingsbesluit. Daarna verzoekt de jeugdbeschermer de Raad voor de Kinderbescherming om het voorgenomen besluit te onderzoeken. Het voorgestelde besluit wordt voorgelegd aan de kinderrechter. De beschikking van de kinderrechter is bij een gedwongen kader bepalend voor de termijn waarbinnen het opvoedingsbesluit moet worden genomen.

Bij de besluitvorming vanwege het perspectiefbesluit worden ouder en kind soms wel betrokken en gehoord en in andere situaties worden zij te weinig betrokken en gehoord. Vanwege het ingrijpende karakter van een perspectiefbesluit is het voor de ouders belangrijk dat zij zich kunnen verweren als zij het niet eens zijn met de beslissing.

Juridische mogelijkheden

Waar ouders tegenaan lopen is dat het nemen van het perspectiefbesluit een verstrekkend besluit is waar momenteel geen rechtsmiddel tegen openstaat. In de rechtspraak werd wel gezocht naar mogelijkheden om dit besluit door de rechter te laten toetsen.

De Hoge Raad overwoog in een uitspraak van 1 september 2023 dat uit het wettelijk stelsel volgt dat een perspectiefbesluit niet als zodanig aan de rechter ter beoordeling kan worden voorgelegd. Wel kan het aan een rechterlijk oordeel worden onderworpen voor zover dat noodzakelijk is voor de beoordeling van beslissingen, maatregelen en verzoeken die (mede) voortvloeien uit of samenhangen met dat perspectiefbesluit. Het oordeel over het perspectiefbesluit heeft dan een voorlopig karakter. De Hoge Raad concludeert dat de bal bij de wetgever ligt, omdat de wet geen mogelijkheden biedt om het perspectiefbesluit als zodanig aan de rechter voor te leggen.

Wettelijke basis perspectiefbesluit

In oktober 2023 hebben de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer gestuurd over de voortgang van het wetsvoorstel voor aanpassing van de kinderbeschermingswetgeving. Er werd gewacht op het advies van de Adviescommissie Rechtsbescherming en Rechtsstatelijkheid (Adviescommissie Van Dooijeweert). Naar verwachting wordt het advies in de tweede helft van januari 2024 gepubliceerd.

In april 2024 stuurden de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Volksgezondheid een beleidsreactie, op het advies «Kinderen en ouders met recht goed beschermd» van de onafhankelijke Adviescommissie Rechtsbescherming en Rechtsstatelijkheid in het Toekomstscenario kind en gezinsbescherming (Adviescommissie). “De Minister voor Rechtsbescherming zoekt samen met onder meer het NIFP en betrokken partners naar oplossingen om de beslisdiagnostiek in de jeugdbescherming in Nederland beter te organiseren. Naar verwachting volgt begin 2025 een voorstel voor een plan van aanpak.”

Heeft u vragen over de mogelijkheden als er een opvoedingsbesluit wordt genomen in het kader van de uithuisplaatsing? Een advocaat kan uw belangen behartigen! Neem contact met op Advocatenkantoor Vos via +31626060690 of vos@advocatenkantoorvos.nl.

 

 

 

 

 

Het omgangsrecht van een ouder in detentie: zo werkt het!

Als een vader of moeder in detentie zit is het belangrijk dat de relatie tussen de ouder en het kind zo goed mogelijk blijft. Het doel van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) is om ervoor te zorgen dat kinderen zo min mogelijk schade ondervinden van de detentie van een van de ouders. In dit artikel leest u over de uitgangspunten en mogelijkheden van het omgangsrecht, ook indien een jeugdbeschermingsmaatregel lopende is! Een belangrijk uitgangspunt als een ouder in detentie zit is dat er niet te snel moet worden aangenomen dat er geen omgang mogelijk is tussen het kind en de gedetineerde ouder.

Lees meer